Hoeveel korting op je pensioen? Dat is voor iedereen die gepensioneerd is of werkt een terechte vraag. Want dezelfde vraag beantwoord je heel anders als je die bijvoorbeeld over 5 jaar stelt. Voor pensioenfondsen is het nu vallen en opstaan. De historische lage rente op dit moment beperkt de verlagingen op korte termijn, maar ook op de toekomstige pensioenpot en premies die worden uitbetaald.
Een pensioenfonds moet goed kijken naar zijn cijfers. Een belangrijk gegeven is de pensioen dekkingsgraad. Die moet aan een minimum voldoen, wil een pensioenfonds de premies aan alle deelnemers binnen het pensioenfonds kunnen uitbetalen. Door de lage rente moet een pensioenfonds steeds meer geld in kas hebben om alle deelnemers te kunnen uitbetalen. Zo niet, dan moet er gekort worden. De ABP en Zorg en Welzijn pensioenfondsen hebben in augustus een actuele dekkingsgraad van onder de 90 procent. De uitkeringsverplichtingen zijn in gevaar gekomen, waarbij er nu twee opties zijn, namelijk 1) het verhogen van de pensioenpremies of 2) het korten op opbouw en uitkeringen van de pensioenen van de deelnemers.
In 2020 is de verwachting dat de pensioenuitkeringen met 0,3% achter zullen gaan. Dit is een ruwe inschatting van het CPB. De korting wordt niet gelijk het jaar daarop toegepast, maar wordt uitgesmeerd over een periode van tien jaar. Dan zou dit uitkomen op een 6% daling in je pensioen, blijkt uit prognose van het CPB.
Korting op je pensioen raakt iedereen
De prognose van het CPB is nog mild, zeggen experts. Er moet harder aan de bel worden getrokken om de kortingen terug te dringen. Volgens velen zal het pensioentekort oplopen tot 8%. Het is tevens de vraag of het mogelijk is om dit tekort uit te smeren over 10 jaar. Dat zorgt voor een stapeling aan verlagingen van het pensioen. Daar moet het pensioenakkoord 2019 wat aan doen. Strengere regels met een rekenmodule, die zich schuilt uit lagere prognoses, als het gaat om het rendement van pensioenfondsen. De rendementsprognose is nu te rooskleurig.
De rekenrente wordt nog zwaarder. Want de marktrente wordt zwaarder meegeteld in het berekenen van dezelfde rekenrente. Pensioenfondsen moeten nog meer geld in kas hebben en kijken naar een andere oplossing volgens het nieuwe pensioenstelsel. Velen pleiten voor een pensioenbelegging op maat .
Pensioenfondsen hebben zich te rijk gerekend
Sommige pensioenfondsen hebben te lang gewacht en hebben al een langere periode weinig geld in kas om alle deelnemers aan de uitkeringsverplichtingen te kunnen voldoen. Pensioenfondsen hebben een rekenrente: de winst die ze de komende jaren in feite kunnen verwachten.
Pensioenfondsen maken gebruik van een risicovrije rekenrente. Met risicovrij wordt bedoeld dat pensioenfondsen veilig beleggen en waarvan het risico laag is. Van zo’n risicovrije belegging wordt weinig rendement behaald. Dat is ook zo als je gaat sparen. En met de huidige rentestand betekent dit dat het beleggen op dit moment weinig oplevert.
Partijen als de FNV vinden dat pensioenfondsen van het risicovrije beleggen moet afstappen en wat meer risico’s moeten nemen om het tekort terug te dringen. Er hoeft niet gekort te worden als er op een juiste manier wordt belegd in wat meer risicovollere producten. Daar is nog een discussie over, die we vooral komend jaar in 2019, 2020 en 2021 zullen voeren.