Ondanks toenemende onrust en ontevredenheid in Nederland, heeft adviesbureau Mercer het Nederlandse pensioenstelsel voor de tweede keer op rij tot het beste pensioenstelsel van de wereld verkozen. Denemarken en Australië staan op de tweede en derde plaats.
Nederlands pensioenstelsel scoort vooral goed op integriteit
Mercer beoordeelt jaarlijks de pensioenstelsels van meer dan dertig landen. Hierbij kunnen punten worden gescoord op drie categorieën: toereikendheid, toekomstbestendigheid en integriteit. Nederland scoort met 88,3 punten het best op de categorie integriteit, maar behoort met de andere twee categorieën ook tot de top drie van de wereld. Gemiddeld krijgt ons pensioenstelsel 81 punten, 0,7 punt meer dan vorig jaar. We hebben dit met name te danken aan de economische groei en een toenemende arbeidsparticipatie.
Zorgen over dalende dekkingsgraad en pensioenkortingen
De positieve beoordeling van het adviesbureau komt voor veel Nederlanders wellicht als een verrassing. De Nederlandse pensioenfondsen hebben sinds vorig jaar namelijk te maken met een daling in de dekkingsgraad. De dekkingsgraad beschrijft de verhouding tussen het vermogen van een pensioenfonds en de betaalverplichtingen. Heeft een pensioenfonds een dekkingsgraad van 100% of hoger? Dan kan het fonds aan de betaalverplichtingen voldoen.
Minder pensioen
Veel grote Nederlandse pensioenfondsen maakten vorig jaar bekend een dekkingsgraad van minder dan 100% te hebben. Zo zat ABP (overheid en onderwijs) op 91%, Zorg & Welzijn op 92,2% en PME (metaalsector) op 93.4%. BpfBouw zat nog veilig op 108.1%, maar noteerde wel een daling in de dekkingsgraad. Deze cijfers zorgen ervoor dat pensioenfondsen wellicht pensioenkortingen moeten gaan geven. Dit betekent simpelweg dat gepensioneerde Nederlanders minder pensioen krijgen.
Invloed op de dekkingsgraad
Factoren die invloed hebben op de dekkingsgraad zijn:
- de gemiddelde levensverwachting: des te ouder mensen worden, des te meer betaalverplichtingen de pensioenfondsen hebben.
- de rentestand: des te lager de rente is, des te meer betaalverplichtingen de fondsen hebben.
- de hoogte van de te betalen pensioenen: dit kan bijvoorbeeld veranderen door indexaties of de duur van het pensioenopbouw.
Hervormingen in het pensioenstelsel door nieuwe pensioenwet
Een gedeelte van de problemen van pensioenfondsen wordt veroorzaakt door het feit dat ons pensioenstelsel verouderd is. Nederland werkt daarom aan een nieuwe pensioenwet die naar verwachting op 1 januari 2022 ingaat.
Waarom een nieuwe pensioenwet?
De nieuwe pensioenwet houdt rekening met belangrijke veranderingen in de maatschappij:
- hogere gemiddelde levensverwachting: toen de huidige gepensioneerden begonnen met pensioensparen, was de gemiddelde levensverwachting 75 jaar. Nu is die verwachting ongeveer 81 jaar. Om te voorkomen dat pensioenfondsen te lang moeten uitbetalen, moet de AOW-leeftijd omhoog naar 67 jaar in 2024. Adviesbureau Mercer geeft het verhogen van de AOW-leeftijd eveneens als advies om het Nederlandse pensioenstelsel verder te verbeteren en op de toekomst voor te bereiden.
- veranderingen op de arbeidsmarkt: nu betaalt een werkgever voor elke werknemer hetzelfde pensioen, maar een pensioenfonds kan het pensioen van jonge werknemers nog veel langer beleggen. Voor jonge werknemers wordt dus te veel, en voor oudere werknemers te weinig, pensioen betaald. Dit systeem werkt prima als iedereen gedurende zijn of haar hele werkende leven ongeveer evenveel werkt, maar dat is tegenwoordig niet meer het geval. Dit gaat dus veranderen.
Nederland is kritisch, maar mag ook tevreden zijn
De veranderingen in het pensioenstelsel hebben in Nederland voor onrust gezorgd. Veel mensen zijn kritisch op de veranderingen. Maar zoals uit het onderzoek van adviesbureau Mercer blijkt, mogen we ook wel tevreden zijn met de manier waarop de pensioenen in Nederland geregeld zijn. In vergelijking met de rest van de wereld, doen we het absoluut niet verkeerd!